Belastingvrij bijverdienen met de flexi job

Werk je in de horeca of in de detailhandel en wil je naast je baan of pensioen een centje bijverdienen? Dat kan sinds 2015! In 2015 is het fenomeen flexi-job in het leven geroepen voor de horeca. Later in 2018 is daar de detailhandel bijgekomen. Je kunt bijverdienen en hoeft geen belasting en sociale lasten af te dragen dus: brutoloon is nettoloon! Je hoeft dit inkomen niet te vermelden bij je belastingaangifte en je bouwt wel sociale rechten op waaronder pensioen, vakantiegeld en een werkloosheidsuitkering. Er is geen limiet aan het aantal uren dat je mag bijwerken als flexi-jobber. De werkgever die de flexi-jobber inhuurt kan snel en flexibel beschikken over een extra werkkracht. Dit klinkt toch erg aantrekkelijk.

Voor wie is flexi werken?

Je komt in aanmerking voor flexiwerken als je een betaalde baan hebt in loondienst voor tenminste tachtig procent, dat komt neer op vier dagen per week. Je moet voor een Belgische werkgever hebben gewerkt voor tenminste tachtig procent in het derde kwartaal voorafgaand aan de flexi-job. Ook kom je in aanmerking als je gepensioneerd bent. Voor de groep gepensioneerden geldt dat degenen die vijfenzestig jaar en ouder zijn, zonder limiet mogen bijwerken en degenen die jonger zijn mogen bijwerken binnen een bepaalde limiet. Deze limiet hangt af van de persoonlijks situatie zoals het wel of niet hebben van een kinderlast.

Wat zijn de regels van een flexi-job?

Je moet als reeds werkende flexi-jobber in dienst zijn van een Belgische werkgever. Als je zelfstandige bent en niet kunt aantonen dat je voor tachtig procent in loondienst hebt gewerkt in het kwartaal voorafgaand aan de flexi-job, dan kun je geen flexi-jobber worden. Voor werkgevers gelden ook een aantal voorwaarden en regels waaronder de sector waarbinnen je bedrijf valt. Je kunt flexi-jobbers te werk stellen in de volgende sectoren: de horecasector (PC 302), bakkerijen en banketbakkerijen die producten maken voor onmiddellijke consumptie PC 118.03), zelfstandige kleinhandel (PC 201), handel in voedingswaren (PC 119), bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202), middelgrote levensmiddelenbedrijven (PC 202.01), grote kleinhandelszaken (PC 311), warenhuizen (PC 312) en het kappersbedrijf, fitnesscentra en schoonheidszorgen (PC 314). Er wordt met de Dimona aangifte “FLX” getoetst of jouw flexi-jobber voldoet aan de tachtig procent norm van het voorafgaande kwartaal (T3). Een “Dimona aanvaard” betekent dat je jouw flexi-jobber het beoogde contract kan geven. Een “Dimona OK warning” geeft aan dat je de medewerker het flexi contract niet mag aanbieden.

© Pexels.com

Alleen maar pluspunten?

Zijn er dan helemaal geen nadelen aan flexi-jobs te noemen? Er zijn voor de flexi-jobber wel een paar aandachtspunten om mee te nemen bij de overweging. De flexi-jobber heeft geen uren garantie en het uurloon is vaak lager dan dat van de sectorale uurlonen. Hoe bezwaarlijk dit is hangt af van de persoonlijke situatie van de flexi-jobber.
Naast de individuele afwegingen is er maatschappelijk bezwaar mogelijk tegen de regeling zoals deze nu geldt. Zo kunnen alleen mensen die reeds genieten van baanzekerheid gebruik maken van flexi-jobben om meer inkomen te krijgen. Maar de mensen die zonder baan zitten of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn, vallen hier buiten de boot. En dat zijn juist de mensen die vaak wel nood hebben aan extra inkomsten.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *